Sloten

Sloten hebben in de eerste plaats een waterhuishoudkundige functie. Dat betekent dat ze overtollig hemelwater of grondwater afvoeren. In droge perioden zijn ze bedoeld om water aan te voeren.

De meeste sloten langs de wegen zorgen voor de opvang van regenwater zodat het water niet op de weg blijft staan. In toenemende mate worden sloten ook in bebouwd gebied ingezet voor de afvoer en/of berging van hemelwater in bebouwd gebied.

De hemelwaterafvoer wordt steeds meer afgekoppeld van de riolering en krijgt een eigen afvoersysteem. Vaak zijn sloten onderdeel van dit systeem. De gemeente houdt bij het onderhoud van deze sloten rekening met deze functie, zodat problemen met hemelwater op straat te voorkomen worden.

Onderhoud
De sloten worden door de gemeente Ommen op de volgende momenten gemaaid:

  • Bermsloten: 1 x per jaar of 1 x per 4 jaar
  • Schouwsloten: 1 x per jaar of 2 x per jaar

De belangrijkste regels met betrekking tot beheer en onderhoud waar eigenaren en aangelanden (eigenaren of gebruikers van aan sloten grenzende percelen) van sloten zich aan moeten houden zijn opgenomen in de ‘Keur van het Waterschap’.

Waterschap
De onderhoudsplicht voor wateren die op de legger staan, ligt bij het Waterschap. Een legger is een register van wateren waarin bijvoorbeeld het onderhoud is vastgesteld. De onderhoudsplicht voor de wateren die niet op de legger staan berust bij de aangelanden, elk voor de helft van de sloot.

De onderhoudsplicht betekent onder andere dat begroeiing gemaaid moet worden en het uitkomende maaisel opgeruimd. De opruimplicht geldt alleen als maaisel verzameld wordt en niet als het maaisel gelijkmatig verspreid wordt aan de slootkant.

Ook onderhoud van civieltechnische kunstwerken, zoals duikers, hoort daarbij. Jaarlijks organiseert het Waterschap de zogenaamde schouw waarbij beoordeeld wordt of iedereen aan zijn/haar onderhoudsverplichtingen heeft voldaan.