Samen koken zodat een ander niet alleen eet

3 juli 2025, 10:19

Twee keer per week is het vanaf 17.00 uur gezellig druk in ’t Alteveer aan de Vermeerstraat in Ommen. Daar is sociaal eetcafé De Paraplu gevestigd. Een plek waar alleenstaande inwoners voor vijf euro een driegangenmenu krijgen voorgeschoteld. Bereid door een kleine groep vrijwilligers die wel wat versterking kan gebruiken. “Het geeft zoveel voldoening om mensen te helpen en bij elkaar te brengen”.

Talip en Lammie zijn allebei vrijwilligers van het eerste uur bij De Paraplu. Samen met een andere vrijwilliger koken ze op maandag voor zo’n dertig mensen. Op donderdag zijn er vier andere vrijwilligers. Talip is een echte horecaman. Na tientallen jaren ondernemerschap moest hij door gezondheidsproblemen een flinke stap terug doen. “Toen vroeg ik mezelf af: wat kan ik maatschappelijk doen? Zo ben ik hier ingerold en zo probeer ik iets te betekenen voor anderen.”

Lammie knikt instemmend. Ze werkte achttien jaar in de gehandicaptenzorg bij de Baalderborg. Koken en helpen zitten in haar hart. “Het geeft echt een boost om ons nuttig te maken. Als ik maandagavond thuiskom en neerplof op de bank, denk ik: yes, we hebben het weer gedaan! Daar doe ik het voor.”

Dankbaarheid

“De mensen voelen zich thuis, De Paraplu is hun huis”, stipt Talip het belang van het sociaal eetcafé aan. “Als je veel alleen zit, dan is het heel leuk om hier naartoe te gaan. Er ontstaan echte vriendschappen uit.” Wat de twee bevlogen vrijwilligers ook opvalt, is de betrokkenheid en de dankbaarheid van de bezoekers. Lammie somt op: “Het kaartje dat ze sturen als iemand ziek is, als ze zeggen ‘het was weer top’ als ze weggaan, de tegoedbon die ze voor ons regelen bij het kerstdiner dat ze jaarlijks gratis krijgen aangeboden. Ja, dat raakt me wel.”

Kleine groep vrijwilligers

Toch is het voortbestaan van De Paraplu op de huidige manier geen vanzelfsprekendheid. De duurdere boodschappen vragen om creativiteit bij het samenstellen van het menu. “Het is wel lastiger geworden nu alles duurder wordt”, erkent Lammie. “Met het geld van de donderdaggroep doen wij de inkoop voor de maandag. En andersom. Dan moeten we op elke euro letten. En alles wat we opsparen, gebruiken we voor het kerstdiner.” Ook de kleine groep vrijwilligers (soms aangevuld met stagiaires) is reden tot zorg. “Probeer het maar eens als vrijwilliger”, doet Talip een oproep aan geïnteresseerde inwoners. “Het geeft zoveel voldoening om mensen te helpen en bij elkaar te brengen.”

Sponsoren en subsidies

De Paraplu ontstond ooit vanuit het RIBW en kreeg de laatste jaren praktische ondersteuning van WIJZ Welzijn. Nu het sociaal eetcafé recent een stichting is geworden, kan er gewerkt worden aan meer zelfstandigheid en professionaliteit. “Het wordt dan hopelijk ook makkelijker om sponsoren te vinden en subsidies aan te vragen”, zegt Talip. Lammie knikt wederom als ze haar kookmaatje enthousiast hoort praten over hun gedeelde passie. “Dit moet echt blijven, dit mag niet weggaan!”

In de rubriek ‘Inclusie in zicht’ wordt een initiatief uitgelicht dat bijdraagt aan een inclusieve gemeente.